Piramide van Unas
De Piramide van Unas is de piramide van farao Unas uit de 5e dynastie.
De Piramide van Unas was in de oudheid al erg vervallen, maar werd in de oudheid al voor een eerste keer hersteld door de hogepriester van Ptah, Chaemwaset, deze liet de piramide restaureren en bracht de naam van Oenas weer op het monument aan.
De piramide was al bezocht door John Shae Perring en Karl Richard Lepsius in de 19e eeuw, maar het zijn de Italiaanse archeologen Gaston Maspero en Alessandro Barsanti die de eerste grondige onderzoeken deden.
In de 20e eeuw werd het complex verder onderzocht door Cecil Firth en Jean-Phillipe Lauer.
De piramide heette in de oudheid 'Volmaakt zijn de verblijven van Unas' en ze had een oorspronkelijke hoogte van 43 meter en de zijden waren 57,5 meter lang.
De piramide is vrij zwaar beschadigd en enkel de kalkstenenbekleding aan de zuidkant is bewaard.
De ingang van de piramide ligt zoals gewoonlijk in het noorden en via twee gangen komt men in het onderaardse complex. Er is een voorkamer met een gang enerzijds naar een kapel in het oosten en naar de grafkamer in het westen.
De kamers zijn versierd met teksten en sterren aan het plafond.
De piramide van Unas is de eerste piramide waar inscripties op voorkomen, deze piramideteksten moeten verticaal gelezen worden en bevatten religieuze en magische formules.
In de grafkamer stond de sarcofaag die uitgehakt werd uit een blok zwarte zandsteen. Binnen in lagen enkele menselijke resten, maar het is niet zeker als het om farao Unas gaat.